Dinsdagmorgen moest ik vroeg bij de Plus in Amersfoort zijn. Ik kwam iets te vroeg aan en de winkel was nog niet open. Voor de ingang stond een al wat oudere man te wachten. Regenpak aan en een geruite pet op zijn hoofd, onder zijn arm 2 grote boodschappen tassen. Zenuwachtig tikte hij op de nog gesloten deuren. Ik zei heeft u haast? Ja, zei hij het is al 8 uur en ze zijn nog niet open. Ik keek op mijn horloge en zei dat het nog 3 minuten duurde voor het echt 8 uur was. Ik vroeg waarom hij haast had. Als antwoord kreeg ik dat hij nog meer te doen had en graag naar binnen wilde. Maar werkt u dan nog vroeg ik. Nee zei hij maar ik moet nog naar meer supermarkten vanmorgen om boodschappen te doen. Nog meer supermarkten vroeg ik. Ik dacht dat u alleen hier moest zijn. Nee was het antwoord, mijn vrouw pluist alle reclamefolders van alle supermarkten uit en maakt dan voor iedere dag een lijstje met alle aanbiedingen. De moet ik dat de hele week gaan kopen. En dan moet je niet te laat bij die zaken zijn anders is de aanbieding misschien al weg. Vandaag zijn bij de Plus de gevulde koeken in de aanbieding 3 voor 1 euro, kom je te laat dan zijn ze weg. Maar doet u dat dan iedere dag vroeg ik. Ja hoor zei hij, het lijstje en afgepast geld legt ze de avond ervoor al klaar, zo kan ik meteen weg de volgende morgen. Zij ligt dan nog te slapen. Koffie drink ik tussendoor bij de supermarkt, is daar toch gratis. Als ik thuis kom geef ik de boodschappentassen af en kijkt zij de kassabonnen na en telt het wisselgeld en plakt de zegels op. Van die zegels gaan we eens per jaar een weekendje weg.
Precies om 8 uur gingen de deuren open en hij vloog naar binnen om een wagentje te pakken. Ik liep ook zelf de winkel in om 3 gevulde koeken te kopen, zijn tenslotte maar een euro. Die eten we bij de koffie als we aan het werk zijn in Amicitia. Toen ik naar de kassa liep zag ik hem nog staan bij de koffieautomaat, fijne dag nog zei ik,maar hij hoorde me niet. Te verdiept in zijn boodschappenlijstje denk ik.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Bedankt voor u reactie,
Wim Lagendijk